Broedvogels - Thema's, uitleg
Vogelgroepen
Vogelgroepen gaat over broedvogels in relatie tot terreinbeheer. Broedvogelinventarisaties leveren een grote hoeveelheid informatie op over aantallen soorten, aantallen territoria en verspreiding binnen een gebied. Wanneer de vogelbevolking wordt opgedeeld in groepen van soorten die ongeveer dezelfde eisen stellen aan hun leefmilieu, is de hoeveelheid gegevens overzichtelijker. Het verband tussen de aanwezige broedvogelbevolking en de terreinkenmerken wordt zo beter te overzien.SOVON en Staatsbosbeheer hebben jaren geleden de methode AVIS (AVifauna Informatie en evaluatie Systeem) ontwikkeld. Deze methode is beschreven in het rapport “Broedvogels en beheer”. De methode is gebaseerd op drie principes:
- het gebruik van ecologische soortengroepen in plaats van de afzonderlijke soorten
- het gebruik van informatie van andere goed ontwikkelde terreinen als referentie voor lokale broedvogelgegevens en
- speciale aandacht voor schaarse en karakteristieke soorten als indicatoren voor habitatkwaliteit.
Het eerste principe wordt in dit thema vogelgroepen verwerkt. Het tweede principe, vergelijking met andere terreinen in Nederland, blijft buiten beschouwing. Het derde principe is verwerkt in het thema Kwaliteit (kritische soorten).
De methode van vogelgroepen gaat uit van het indelen van vogels in vogelgroepen. Aan de hand van de vogelgroepen kan de betekenis van (delen van) het terrein worden geduid. De “vogelgemeenschappen” van bos en heide worden ingedeeld in vogelgroepen met soortgelijke biotoopeisen of leefwijzen: de zgn. “ecologische vogelgroepen”.
De beheerder van bos- en natuurterrein kan de kaarten met het thema vogelgroepen “lezen”. Een vergelijking tussen de goed en slecht bezette terreindelen levert voor een beheerder waardevolle informatie op voor bijsturing van het beheer (waterpeil, maaien, grazen, kappen e.d.) op lokaal niveau. Bovendien kunnen clusters van territoria laten zien welke terreindelen in potentie geschikt zijn voor kritische soorten. Of deze soorten daadwerkelijk voorkomen of zich kunnen vestigen hangt onder meer af van de soms zeer specifieke voedselkeuze van deze soorten, de omvang van het terrein en de mate waarin het terrein geïsoleerd ligt van brongebieden.
Legenda
De indeling in vogelgroepen is met aanpassingen overgenomen van de methode AVIS:
- sommige vogelsoorten zoals groene specht of roodborsttapuit zijn in afwijking van de beschreven vogelgroepen slechts aan één vogelgroep toegekend.
- van biotopen als water, riet, pioniervegetatie en weide zijn vogelgroepen vereenvoudigd tot algemene groepen 100 watervogels, 200 rietvogels, 300 pioniervogels en 500 weidevogels.
- de roofvogels, roek en raaf zijn ondergebracht in de groep 921 roofvogels.
Icon | Code | Naam |
---|---|---|
![]() | 100 | Watervogels |
![]() | 104 | IJsvogel-groep |
![]() | 200 | Rietvogels |
![]() | 300 | Pioniervogels |
![]() | 402 | Wulp-groep |
![]() | 500 | Weidevogels |
![]() | 601 | Rietgors-groep |
![]() | 602 | Roodborsttapuit-groep |
![]() | 603 | Grasmus-groep |
![]() | 604 | Winterkoning-groep |
![]() | 701 | Buidelmees-groep |
![]() | 702 | Geelgors-groep |
![]() | 703 | Putter-groep |
![]() | 801 | Vink-groep |
![]() | 802 | Kruisbek-groep |
![]() | 803 | Appelvink-groep |
![]() | 804 | Grote Bonte Specht-groep |
![]() | 805 | Kleine Bonte Specht-groep |
![]() | 806 | Boomklever-groep |
![]() | 901 | Zwarte Roodstaart-groep |
![]() | 921 | Roofvogels |
Literatuur

Auteur: H. Sierdsema
Jaar: 1995
Uitgave: SBB-rapport 1995-1, SOVON-onderzoeksrapport 1995/04. SBB/SOVON, Driebergen/Beek-Ubbergen.